August 2010 - New Folk Sounds

Point Quiet; sfeerbeelden, woorden & klanken

Het is aangenaam druk op de Nederlandse alt-country-markt. En de kwaliteit die wordt geboden is vaak van een hoog niveau. Eén van de spelers in de hogere regionen van het genre veranderde kort geleden van naam. White Sands - met een ep en een cd in de portefeuille - werd Point Quiet. Via Continental Records verscheen recentelijk een bijzonder volwassen, titelloze cd, die de groep een flinke duw in de rug moet geven. Point Quiet bestaat uit Jan van Bijnen (snaarinstrumenten, zang), Hans Custers (bas, toetsen, zang), Daan van Diest (drums, trompet, zang), Pascal Hallibert (zang, gitaren) en Simone Manuputty (viool, glockenspiel, zang). Simone en Hans gaan in op verleden, heden en toekomst.

Vanwaar de naamsverandering? De oude naam kwam van een woestijnstadje in New Mexico. De oorspronkelijke associaties die we daarbij hadden - aan de ene kant de zinderende, desolate woestijn, aan de andere kant de mensen die in die onmogelijke omgeving een stadje stichtten - verdwenen geleidelijk bij ons. In plaats daarvan doken steeds vaker beelden op van tropische vakantie-eilanden met wuivende palmen en een diepblauwe zee. Geen onprettige beelden, maar ze passen niet bij ons. De naam Point Quiet drukt onze muziek beter uit. Het zou een afgelegen, onherbergzame plaats aan de kust kunnen zijn, op het uiterste puntje van een landtong. Een stadje waar mensen er, op een voor ons niet goed te begrijpen manier, al generaties lang in slagen hun leven te leiden.
Dat muziek soms de aanleiding kan zijn stil te staan, of stil te vallen, is ook een associatie die de naam oproept. Heel letterlijk moet je het ook allemaal niet zien. Je gaat op zoek naar een naam die de juiste sfeer oproept. Misschien markeert het veranderen van de naam ook wel het einde van een proces dat we de afgelopen jaren doorgemaakt hebben. White Sands begon als soloproject van onze zanger en songschrijver Pascal Hallibert, werd daarna een duo, voor de opnames van de eerste cd kwamen er wat gastmuzikanten bij en inmiddels zijn we uitgegroeid tot een echte band. We omschrijven onze muziek als intiem, ingetogen en toch intens. Muziek moet je nooit teveel analyseren, of proberen te verklaren. Natuurlijk hebben onze songs voor ons een bepaalde betekenis, maar als de luisteraars er iets totaal anders in horen is dat prima. Misschien snapt de luisteraar het soms wel beter dan wij zelf.

Invloeden & inspiratie

We maken geen muziek vanuit een vooraf vastgelegd concept. De leden van Point Quiet hebben allemaal een brede muzikale interesse en achtergrond. Zo hier en daar loopt dat ook wel behoorlijk uit elkaar. Uiteindelijk sluipen al die invloeden ook binnen in de songs en arrangementen. Het noemen van voorbeelden en inspiratiebronnen zou een heel lange lijst kunnen opleveren als je er echt voor gaat zitten. Soms is een bepaalde invloed concreet aan te duiden: de voorliefde voor mariachi die we delen met Calexico, de verstilling van Nick Drake of de brede muzikale blik van Jim White. Vaak is het abstracter: een sfeer, een sound of een ritmische feel. De inspiratie kan uit ons persoonlijke leven komen, maar ook uit boeken, films of foto's. Het begint met de muziek. Die roept een sfeer of beelden, woorden of klanken op. Vaak komt daar een verhaal of personage uit voort dat de achtergrond vormt voor de uiteindelijke tekst. En dat heeft weer zijn uitwerking op de muziek. Elk bandlid heeft zo weer zijn eigen associaties en dat vindt zijn weg in ieders bijdrage. Dat doen we grotendeels intuïtief. Als een nummer af is weten we zelf vaak niet meer precies hoe het ooit begonnen is. Het werken op deze manier heeft een hele goede uitwerking op onze optredens: ook daar volgen we onze intuïtie. Vaak merken we dat we daardoor automatisch meegaan in de sfeer die er hangt. Dat geeft een kick.

Ontwikkeling & ambitie

We zijn niet stil blijven staan na de opnames van onze cd. Nummers hebben voor ons vooral een bijzondere betekenis als er op het podium iets mee gebeurt. Norteña en Anchors and birds zijn voorbeelden van songs die zich bijna vanzelf aan lijken te passen aan de sfeer van een optreden. Ze komen recht uit ons - gezamenlijk - hart als we ze spelen en ze blijven zich ontwikkelen. Ze zullen nooit twee keer hetzelfde worden uitgevoerd. Into the night, van onze vorige cd, heeft ook een bijzondere plaats. Soms worden nummers, als je ze vaak speelt, na verloop van tijd een beetje bedompt en flets. Als de routine teveel toeslaat moet zo'n nummer voor een tijd van de setlist geschrapt worden. Into the night lijkt daar geen last van te hebben. Als we dat spelen voelt het nog altijd alsof het gisteren geschreven is.
In de recensies die tot nu toe verschenen zijn van onze cd worden behoorlijk wat verschillende nummers genoemd als favorieten. Daar zijn we blij mee, want een album bestaat voor ons niet uit drie of vier 'hits' en verder wat opvullend materiaal.
We hebben maar één ding nodig: publiek dat wil luisteren. Natuurlijk zijn er allerlei factoren die een optreden kunnen beïnvloeden: de organisatie, de locatie, de techniek. En het helpt als die dingen in orde zijn. Maar uiteindelijk bepaalt het publiek de sfeer. Een luidruchtig publiek overstemmen door simpelweg het volume op te voeren werkt niet voor ons; de nuance van onze muziek gaat dan verloren. Een geïnteresseerd publiek schijnt in Nederland geen vanzelfsprekendheid meer te zijn. Maar onze ervaringen zijn, enkele uitzonderingen daargelaten, helemaal niet zo slecht. Laten we hopen dat dat zo blijft.
Onze ambitie is eerst en vooral de muziek. We hopen dat we onszelf - elkaar - kunnen blijven inspireren en dat we onze muziek steeds als nieuw zullen spelen. Vandaar dat we ook aan het werk willen gaan met nieuwe ideeën die opkomen, voor nieuwe songs, nieuw materiaal. Dat houdt ons geïnspireerd en zorgt voor die vonk, waarvan je hoopt dat die overslaat. Ook als je een nummer van vroeger speelt. Het mag geen routine worden.
We zijn enthousiast over de muziek die we maken en vinden dat die aandacht verdient. Ook in dat opzicht is het vooral belangrijk dat we ons blijven ontwikkelen.

(Hans van Deelen)